180SL PrecisionCutGreenmaaiers
- Standaard bestuurderaanwezigheidssysteem
- Rubberen isolatoren voor minder vibratie
- Lange levensduur, minder onderhoud en een superieure sterkte
- Eenvoudige afstelling van vast mes tot maaikooi
Deze echte loopmaaier van 18 inch (45,7 cm) voor greens is ideaal voor het volgen van glooiende greens. Net als elk ander model in deze lijn is manoeuvreren zeer gemakkelijk dankzij de korte afstand van de voorrol tot de achterste trommel.
Het toppunt in snelle en nauwkeurige afstelling van de maaihoogte: het Speed Link afstelsysteem voor de maaihoogte verbindt beide zijden van de frontrol met elkaar, waardoor de technicus de maaihoogte kan afstellen door eenvoudig één zijde van de rol af te stellen.
Op welke wijze wordt met dit innovatieve systeem een eenpuntsafstelling van de maaihoogte verkregen? Het begint met de wormwielaandrijvingen in de de frontrolbehuizingen. Het wormwielsysteem draait via zeskantstelbouten aan de zijkant van achterrolbehuizingen, waardoor de rol omhoog of omlaag wordt gesteld. Draai de tandwielen eenvoudig door de zeskantstelbout aan de zijkant van de behuizing te draaien. Elke volledige omwenteling betekent een wijziging van 0,0254 mm (0,001 in.). Een afbeelding aan de zijkant van de behuizing geeft aan in welke richting de zeskantstelbout moet worden gedraaid om de maaihoogte te vergroten of verkleinen.
Maar dat is niet alles. Het werkelijke geheim van dit systeem is de verbindingsstang die de wormwielsystemen voor de rol met elkaar verbindt. Met de verbindingsstang op zijn plaats, wordt bij het draaien van de maaihoogteversteller aan de ene zijde, automatisch de andere zijde met dezelfde waarde versteld. Hierdoor kan de maaihoogte aan één zijde van de rol worden versteld, waardoor de afstelling niet alleen snel, maar ook ongekend nauwkeurig is.
De Speed Link verbindingsstang is veerbelast, zodat hij eenvoudig kan worden verwijderd, als beide zijden afzonderlijk moeten worden versteld. Nadat de rol parallel met de frontrol is gebracht als de machine voor het eerst is ingesteld, neemt het Speed Link systeem over en beweegt elke zijde van de rol met dezelfde waarde voor een snelle eenpuntsafstelling van de maaihoogte.
Bij voorkeur moet voor het afstellen van de maaihoogte gebruik worden gemaakt van een elektrische of pneumatische boormachine met variabel toerental en met een 16 mm dop. Een boormachine maakt het afstellen zelfs gemakkelijker door het mechanisme snel te draaien, zodat het wijzigen van de maaihoogte simpel is. En de verbindingsstang zorgt ervoor dat de andere zijde even snel en even nauwkeurig verdraait.
N.B.: Voor de afstelling van de maaihoogte kan geen elektrische of pneumatische slagboormachine worden gebruikt.
De duwborstel aan de voorzijde is de perfecte optie voor die klanten die hun greens willen borstelen om het gras rechtop te zetten voordat het wordt afgesneden, terwijl de frontrol en de achterrol zo dicht mogelijk bij elkaar zijn voor een goede bodemvolging.
De borstel kan worden afgesteld om het contact met de green te vergroten of te verminderen en om de borstelhoek aan te passen. Dit kan van nut zijn in omstandigheden die tijdens het groeiseizoen van de green veranderen. De borstel bevat ook meer borstelharen die er voor zorgen dat de borstel meer gras rechtop zet over de gehele maaibreedte van de machine. Als de borstel niet in gebruik is, kan hij eenvoudig in een geheven stand worden gezet, zodat zonder gebruik van de borstel kan worden gemaaid.
Het maakt niet uit met welk type kooimaaier of welk oppervlak wordt gemaaid, er zijn twee manieren om de maaihoogte te meten. De eerste meting wordt de bankinstelling van de maaihoogte genoemd. Deze maaihoogte wordt vastgesteld met behulp van een afstelkaliber waarmee de afstand vanaf de onderzijde van de rollen tot de bovenste rand van het ondermes wordt gemeten. Dit dient als eerste richtlijn voor het bepalen van de maaihoogte.
Het is echter mogelijk dat de maaiunit niet exact op deze hoogte maait. Andere factoren zijn ook van toepassing, zoals de zacht- of hardheid van het te maaien oppervlak, viltlaag, grasmatdichtheid, rolvorm en oppervlakte en gewicht, om er enkele te noemen. Het is zeker te verwachten dat als met deze factoren rekening is gehouden, de grasmat op een lagere hoogte wordt gemaaid dan de bankinstelling. De werkelijke maaihoogte wordt de effectieve maaihoogte genoemd.
Hoe wordt de effectieve maaihoogte gemeten? Die kan alleen worden gemeten met een prismakaliber, dat gebruik maakt met een serie spiegels om visueel het horizontale profiel van de grasmat te tonen. Het prisma toont in wezen de grasmat 90 graden naar boven gedraaid, zodat de werkelijke maaihoogte gemakkelijk kan worden bekeken.
Het begrijpen van de effectieve maaihoogte t.o.v. de bankinstelling is cruciaal bij het evalueren van een greenmaaier. Gebruikelijke handgreenmaaiers met vaset maaiunit, zoals de 180SL, 220SL en 260SL, zullen vrijwel altijd op een lagere effectieve hoogte maaien dan de nieuwe handgreenmaaiers met zwevende maaiunit.
Om dezelfde effectieve maaihoogte te verkrijgen, moet de handgreenmaaier met vaste maaiunit bij de bankinstelling op een hogere maaihoogte worden ingesteld. Waarom: Het gehele gewicht van de handgreenmaaier met vast maaiunit rust op de front- en achterrol. Het gewicht op de maaiunit van een handgreenmaaier met zwevende maaiunit komt van de maaiunit zelf, niet van de aandrijfeenheid. In principe is de handgreenmaaier met zwevende maaiunit gelijk aan een eengangs triplex-maaier, voor wat dat betreft.
Is een handgreenmaaier met zwevende maaiunit vriendelijker voor de grasmat? Het antwoord is neen. De gebruikelijk handgreenmaaiers met vast maaiunit blijven in aangrijping met de grasmat en helpen om de opbouw van een viltlaag te minimaliseren een een constante maaihoogte aan te houden. Dit kan tot gevolg hebben dat er op den duur problemen met de viltvorming ontstaan, afhankelijk van andere agronomisch gebruiken. Handgreenmaaiers met zwevende maaiunit hebben de neiging om over de top van de grasmat te bewegen, vanwege het geringe gewicht van de maaiunt dat in aanraking met de grasmat komt. Dit niet-agressieve gedrag kan na verloop van tijd ernstige viltvorming tot gevolg hebben, tenzij andere agronomische gebruiken worden toegepast.
Beide typen maaiers worden beïnvloed door zich wijzigende condities. Bij beiden moet de maaihoogte worden aangepast als de omstandigheden zachter worden. Het verschil is dat de 180SL, 220SL en 260SL altijd op een constante hoogte maaien, door hun gewichtsverdeling en balans, terwijl handgreenmaaiers met zwevende maaiunit dat niet kunnen waarmaken.
Voor maximale contour-volgende eigenschappen op sterk golvend terrein, levert de John Deere 180SL buitengewone prestaties. Met een smal 18 in. frame, vaste grasopvanger en kleine overlap, is de productiviteit van de 180SL vrijwel gelijk aan dat van de 21 in. handgreenmaaiers met zwevende maaiunit.
Het vermogen om zich snel aan te passen aan veranderende omstandigheden, is iets wat golfterreinen al jaren doen. Het SL model handgreenmaaiers van John Deere geeft u het vermogen om te voldoen aan de veeleisende wensen van elke green en helpt u bij de steeds veranderende omstandigheden.
De frontrolsteun van de SL serie geeft u de mogelijkheid om de frontrol snel te verwisselen als de omstandigheden bij de greens tijdens het groeiseizoen veranderen. Hierdoor bent u in staat om een gegroefde rol te wisselen voor een gladde rol, met minimale invloed op de basisafstelling. Dit bespaart tijd voor de golfterreintechnicus.
Bij dit systeem bestaat elke rolsteun uit twee delen, die met bouten op elkaar zijn bevestigd en zo de rol op zijn plaats klemmen. Het bovenste gedeelte, dat is verbonden met het Speed Link™ systeem, beweegt niet wanneer de rol wordt verwijderd, zodat de hoogte gelijk blijft. Door de onderste bout aan elke zijde te verwijderen, kan de frontrol gemakkelijk van de machine worden verwijderd. Dit spaart tijd en geld, terwijl is gewaarborgd dat u de correcte rol voor uw omstandigheid heeft.
De SL-serie handgreenmaaiers heeft een kleine afstand tussen frontrol en achterrol voor gemakkelijk keren, betere manoeuvreerbaarheid en prestaties bij de opschoongang. Met een geïnstalleerde Greens Tender™ Conditioner (GTC), is deze afstand 342 mm (13,5 in.).
Een korte afstand tussen frontrol en achterrol verbetert prestaties op golvend terrein, vermindert scalperen van de grasmat en verbetert de maaikwaliteit.
Door de rolbasis klein te houden, is bij de John Deere SL-modellen zeer weinig kracht nodig om de frontrol te heffen om te keren. Als deze afstand groter wordt gaat het keren moeilijker en wordt het gebruikerscomfort tijdens het maaien minder.
Een ander voordeel van de kleine rolbasis is de goede manoeuvreerbaarheid. Door deze afstand zo klein mogelijk te houden, wordt het sturen veel gemakkelijker en is kost het weinig moeite om het spoor te volgen bij elke baan. Als deze afstand groter wordt, gaat het sturen moeilijker en is het lastiger om het goede spoor te volgen.
Dit zijn belangrijke overwegingen bij het vergelijken met een handgreenmaaier met zwevende maaiunit. Sommige van deze concurrerende machines hebben tussen frontrol en achterrol een afstand die 72,6 mm (2,86 in.) groter is dan die van John Deere SL-modellen. Deze grotere afstand vergroot de hefinspanning bij het keren en maakt het moeilijker om de machine in lijn te houden.
Het is eveneens van belang om rekening te houden met de maaikwaliteit tijdens de opschoongang. Opschoongangen worden elke keer na het maaien op dezelfde baan gemaakt. Een langere machine met beperkte stuurmogelijkheden betekent dat de frontrol bij de opschoongang dwars over de grasmat schuurt, deze eventueel uitdunt en de kwaliteit aantast. De John Deere SL-modellen beperken dit effect door de kleine afstand tussen frontrol en achterrol.
De grasopvanger is ontworpen om het maaisel vast te houden door de doorstromende lucht te vertragen en uit de opvanger te leiden, terwijl het snoeisel achterblijft. Ingegoten groeven en claxontype bevestigingsteunen maken het eenvoudig om de opvanger te verwijderen en aan te brengen. De opvanger is vervaardigd van lichtgewicht polyethyleen dat bestand is tegen corrosie en breken, trillingen vermindert en gemakkelijk in het gebruik is.
Ingegoten overlapmerktekens in de bovenzijde van de opvanger dienen om de productiviteit te vergroten en recht gemaaide lijnen te verkrijgen.
Het grasopvangsysteem van de SL handgreenmaaiers is in hetzelfde vlak als de kooi aangebracht. Dit betekent dat de grasopvanger het contour op dezelfde wijze volgt als de kooi doet, waardoor de maximum hoeveelheid gras wordt opgevangen. Hij vergroot ook de productiviteit door de benodigde hoeveelheid overlap te verminderen.
Sommige concurrerende handgreenmaaiers met zwevende maaiunits zijn voorzien van een grasopvanger die aan het frame van de aandrijfunit is bevestigd, terwijl de kooi onafhankelijk t.o.v de opvanger zweeft. In golvend terrein betekent dit dat het gras bij de uiteinden van de maaiunit onder de opvanger kan worden gestrooid. Als gevolg daarvan is een grotere overlap nodig, om er voor te zorgen dat al het nieuw gemaaide gras in de opvanger komt en niet daaronder. Deze grotere benodigde overlap bij zwevende maaiunits zorgt ervoor dat de productiviteit van een 180SL vrijwel gelijk is aan dat van een 21 in. greenmaaier met zwevende maaiunit.
De SL handgreenmaaiers zijn om een aantal redenen voorzien van een grasopvanger met een grote inhoud. Ten eerste betekent een consistente effectieve maaihoogte dat er meer gras in de opvanger komt. Ten tweede is door de grotere inhoud de kans kleiner dat er bij het keren maaisel uit de opvanger valt
De SL handgreenmaaiers zijn standaard uitgerust met een motortandwielreductie in de externe differentieelaandrijving. Dit mechanisme compenseert automatisch het kooitoerental over het gehele volgas-bereik.
Bij een gebruiker met drie jaar ervaring, die gewend is aan het maaien met een hogere snelheid, en een nieuwere gebruiker die met een lagere snelheid werkt, zijn de snijfrequenties van de gebruikers exact gelijk. Dit is te danken aan de werking van de tandwielreductie. Hoe hoger het motortoerental, hoe hoger het kooitoerental. En hoe lager het motortoerental, hoe lager is het kooitoerental.
De technicus, de gebruiker of de opzichter hoeven hiervoor niets te doen; het is een automatisch systeem. Opzichters kunnen er van uitgaan dat het niet uitmaakt of de gebruiker ervaren is of relatief nieuw, de maaikwaliteit van beide zal gelijk zijn.
Vanwege het bedieningsgemak moeten voor het maaien alle bedieningselementen naar voren worden bewogen:
De 180SL, 220SL en 260SL handgreenmaaiers voldoen aan de normen van de America National Standards Institute (ANSI) B71.4-2004, die een gebruikersaanwezigheidssyteem vereisen.
Het standaard gebruikersaanwezigheidssyteem is voorzien van een veerbelast knopmechanisme voor de regeling van de machineaandrijving. Om de aandrijving in te schakelen, druk de knop voor de gebruikersaanwezigheid tegen het stuur en houd hem ingedrukt en schakel de aandrijfkoppeling in met de motor op laag stationair toerental. Om de aandrijving uit te schakelen, laat de knop voor de gebruikersaanwezigheid los en de koppelingshendel voor de aandrijving schakelt automatisch uit.
De knop voor de gebruikersaanwezigheid is zodanig gevormd dat de gebruiker in vrijwel elke handstand de knop eenvoudig tegen het stuur gedrukt kan houden. Dit geldt ook voor gebruikers die maaien met het stuur omhoog, om de invloed van de gebruiker op de maaihoogte te verminderen. De knopvorm is zodanig aangepast aan het lusvormige stuur, dat hij netjes tussen duim en wijsvinger past.
De knopvorm staat gemakkelijk keren bij het einde van een maaibaan toe.
Het lusvormige stuur heeft meerdere comfortabel handgrepen voor veel verschillende gebruikers en greepstijlen. Het onderste gedeelte van het stuur komt sterk overeen met het gebruikelijke T-stuur van handgreenmaaiers. Het lusvormige stuur is omwikkeld, zodat een sterke comfortabel grip mogelijk is.
Het stuur is voorover gemonteerd, waardoor de invloed van de gebruiker op de effectieve maaihoogte wordt verminderd, zonder het keren moeilijker te maken. Om de bediening door gebruikers met verschillende lengtes en bedieningsstijlen mogelijk te maken, kan de hoogte van het stuur aan de achterzijde van de machine worden ingesteld. In het midden zijn de afstellers in rubber gemonteerd om trillingen in het stuur te verminderen en het gebruikerscomfort te vergroten.
122 cm3 3,2 pk* (2,4 kW) bij 3600 t/min, het vermogen is door de motorfabrikant getest volgens SAE J1349. De motor levert voldoende vermogen voor zelfs de meest veeleisende maaiomstandigheden.
Informatie over het motorvermogen en -koppel wordt geleverd door de fabrikant van de motor en dient alleen voor vergelijkingsdoeleinden. Het daadwerkelijke motorvermogen en -koppel is lager. Raadpleeg de website van de fabrikant van de motor voor extra informatie.
Rubber motorsteunen verminderen motortrilling, verbeteren het gebruikerscomfort en zorgen voor een constante, effectieve maaihoogte over de gehele breedte van de machine.
De steunen zijn bij het voor- en achterframe aangebracht op de dwarsstangen, die zijn voorzien van een dubbel gedeelte voor grotere sterkte en duurzaamheid.
De achtertrommel met twee aandrijfrollen wordt aangedreven door een externe differentieelaandrijving. Dit ontwerp zorgt voor een gelijkmatig vermogen naar beide rollen, zodat u een zo recht mogelijk streeppatroon kunt maken. De externe differentieelaandrijving en de gedeelde trommel werken samen voor minimale inspanning bij het keren en uitstekende manoeuvreerbaarheid bij het keren en het maaien van opschoongangen.
De aandrijfrollen zijn vervaardigd van corrosiebestendig aluminium, voor duurzaamheid en lange levensduur. Het gladde roloppervlak bij de 180SL en 220SL maaiers zorgt voor een gelijkmatig gerold aanzicht op greens en andere gemaaide oppervlakken. De 260SL maaier is voorzien van een rol met putjes, voor een betere tractie op een grasmat met langer gras, zoals tees, collars, aprons en approaches.
De buitenste randen van de aandrijfrollen zijn afgerond zodat een gladde overgang tussen gerolde en niet-gerolde oppervlakken wordt verkregen.
Het aandrijftandwiel van het externe differentieel en de maaikooi zorgt voor een gelijke krachtsverdeling en een consistent toerental voor de aandrijfrollen en de maaikooi. Een interne tandwielreductie voor de maaikooi maakt een consistente snijfrequentie over het gehele motortoerentalbereik mogelijk.
De tandwielen voor de aandrijfrollen en de maaikooi draaien in een gesloten oliebad, waardoor een continue, stille werking en een buitengewone levensduur worden verkregen.
Zowel de rolborstel als de Greens Tender Conditioner (GTC) draaien in tegengestelde richting van de kooi, om het gras rechtop te zetten voordat het door de kooi wordt afgesneden, voor een consistente maaikwaliteit. Deze omgekeerde draaiing werkt eveneens uitstekend voor het rechtop zetten van de grasbladen, net voordat ze door de kooi worden afgesneden. Voor de omgekeerde draaiing wordt gebruik gemaakt van een tandwielaandrijving. Concurrerende handgreenmaaiers gebruiken een riemaandrijfsysteem, hetgeen betekent dat de trimmer in dezelfde richting als de kooi draait.
De rolborstel helpt om uitlopers te beteugelen en halmvorming te verminderen, voor een betere speeloppervlak, door de horizontale grasbladen rechtop te zetten, zodat ze door de kooi kunnen worden afgesneden.
De GTC beteugelt uitlopers en vermindert halmvorming door horizontale grasbladen rechtop te zetten, maar hij snijdt eveneens uitstoelingen door om nieuwe groei te bevorderen.
De rolborstel en de GTC worden aangedreven door een extern geplaatste tandwielaandrijving:
De aandrijving voor de GTC en de rolborstel is voorzien van een snelinschakelhendel, zodat de gebruiker de aandrijving kan in- of uitschakelen.
De 180SL, 220SL en 260SL maaiers zijn voorzien van een kooi met vaste positie, voor een effen en consistente maaihoogte.
Voor de 260SL is vanaf fabriek als optie een kooi met 7 bladen verkrijgbaar, voor het maaien van tees op grotere maaihoogtes.
Bij de SL handgreenmaaiers is een groot keuze aan ondermessen voor het maaien van elk oppervlak van het golfterrein, inclusief greens, tees, approaches, collars, aprons en fairways.
Hoe harder het staal van een ondermes is, des te langer het scherp blijft. Een harde staalsoort is echter ook brosser, waardoor het ondermes eerder kan worden beschadigd. Een staalsoort dat te zacht is, slijt te snel, maar heeft minder kans om te breken.
Bij de ondermessen van John Deere is voor de sterkte uitgegaan van een compromis. Speciale legeringen zorgen ervoor dat de ondermessen taai zijn en bestand tegen beschadigingen, zonder nadelen voor de levensduur van de snijrand.
45,7 cm (18 in.) ondermessen voor de 180SL
Beschrijving |
Onderdeelnummer ondermes |
Minimum maaihoogte |
45,7 cm (18 in.) toernooi - standaard | MT4846 |
2,5 mm (0,098 inch) |
18 in. ultra-korte snede, toernooi - hard taai 18 in. ultra-korte snede, toernooi - gereedschapstaal |
MT7350 TCU36878 |
2 mm (0,078 inch) 2 mm (0,078 inch) |
55,9 cm (22 in.) ondermessen voor de 220SL
Beschrijving |
Onderdeelnummer ondermes |
Minimum maaihoogte |
55,9 cm (22 in.) ondermes - standaard | ET17533 |
3,2 mm (0,126 inch) |
55,9 cm (22 in.) toernooi - standaard | ET17534 |
2,5 mm (0,098 inch) |
55,9 cm (22 in.) korte snede, fairway - standaard | ET17532 |
4,8 mm (0,189 inch) |
55,9 cm (22 in.) lange snede, fairway - standaard | ET17767 |
7,6 mm (0,299 inch) |
55,9 cm (22 in.) ultra-korte snede, toernooi - hard taai | MT7351 |
2 mm (0,079 inch) |
55,9 cm (22 in.) toernooi - geharde insert 55,9 cm (22 in.) ultra-korte snede, toernooi - gereedschap |
ET11066 TCU36165 |
3,2 mm (0,126 inch) 2 mm (0,079 inch) |
66 cm (26 in.) ondermessen voor de 260SL
Beschrijving |
Onderdeelnummer ondermes |
Minimum maaihoogte |
66 cm (26 in.) ondermes - standaard |
MT6947 |
3,2 mm (0,126 inch) |
66 cm (26 in.) langdurig, fairway – standaard 66 cm (26 in.) toernooi - standaard |
MT6946 TCU31428 |
4,8 mm (0,189 inch) 2,5 mm (0,098 inch) |
Voor het maaien van greens zijn vier rolopties beschikbaar:
Er is een extra spiraalvormige-roloptie beschikbaar voor het maaien van tees, approaches en fairway's. De andere rolopties kunnen ook voor niet-green toepassingen worden gebruikt.
Deze machinaal gegroefde frontrol heeft doorlopende groeven over de gehele breedte van de rol.
De gladde rollen zijn bestemd voor gebruik op greens waar de opzichter geen agressieve maaiwerking wenst.
De machinaal spiraalvormig gegroefde rol met spiraalvormige eindkappen en een diameter van 2 in., moet alleen worden gebruikt bij het maaien van tees, collars, approaches, of fairways. Deze rol moet niet worden gebruikt op greenoppervlakken.
De afstelling ondermes-kooi bij de SL handgreenmaaiers kan snel een eenvoudig worden uitgevoerd. Hierdoor bespaart de technicus kostbare tijd om andere noodzakelijke werkzaamheden uit te voeren.
Het ondermes-kooisysteem is voorzien van twee stelknoppen (één voor elk uiteinde van het ondermes) die gemakkelijk handmatig kunnen worden gedraaid. Gebruik een 13 mm sleutel om de klemmen van de stelknoppen los te draaien, draai de knoppen linksom om de afstand ondermes-kooi te vergroten, of rechtsom om de afstand te verkleinen. Draai daarna de klemmen van de stelknoppen weer vast. De afstand ondermes-kooi moet op 0,001 in worden ingesteld.
Alle SL handgreenmaaiers zijn voorzien van een unieke afstelmechanisme, om de achterrol eenvoudig parallel met de frontrol te brengen. Dit kan gemakkelijk worden bereikt met behulp van een platte plaat. De parallelafstelling zorgt ervoor dat de achterrol en de kooi in hetzelfde vlak zijn, zodat een zo constant mogelijke maaihoogte en maaikwaliteit wordt verkregen.
Golfbanen vormen de zwaarste omstandigheden voor een machine om op te werken. Het golfbaanmillieu biedt verschillende gevaren, zoals kunstmest, pesticides, herbicides en irrigatie, om er enkele te noemen. Elke toepassing kan schade aan belangrijke kooi- en rollenlagers toebrengen, waardoor de levensduur van deze componenten sterk wordt bekort.
Sommige concurrerende machines zijn voorzien van afgedichte lagers. Het is echter van belang om te bedenken dat wanneer een machine na de werkzaamheden met koud water wordt gereinigd, de lagers natuurlijk nog warm zijn. Wanneer koud water op een warm lager komt, wordt het water in het lager gezogen en neemt uiteraard ook vuil mee, waardoor de levensduur van het lager wordt verkort. Bij een afgedicht lager is er geen mogelijkheid om dit vuil uit het lager te verwijderen.
Vanwege de bedrijfsomstandigheden zijn de John Deere SL-modellen altijd voorzien van doorsmeerbare kooi- en rollenlagers, geen afgedichte lagers. Na gebruik en reiniging van de machine, moeten de lagers eenvoudig worden doorgesmeerd om het ongewenste vuil te verwijderen. Hierdoor wordt de levensduur van de kooi- en de rollenlagers sterk verlengd.
Productkenmerken zijn gebaseerd op gepubliceerde informatie ten tijde van publicatie. Productkenmerken kunnen zonder aankondiging worden gewijzigd. Neem contact op met uw lokale John Deere dealer voor meer informatie.